Sinds de jaren 80 wordt de kunstmatige zoetstof ‘aspartaam’ vaak gebruikt door de voedsel- en drankenindustrie, sinds die tijd is het onderwerp van aanzienlijke controle geweest. Ondanks vermeende symptomen die gepaard gaan met de zoetstof, en het populaire geloof dat het gevaarlijk kan zijn, blijkt uit een recente herevaluatie van de literatuur het tegendeel.
Aspartaam werd voor het eerst goedgekeurd door de Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA) en wordt beschouwd als een intense kunstmatige zoetstof, omdat slechts zeer kleine hoeveelheden nodig zijn om voedsel te zoeten. Aspartaam is meerdere keren beoordeeld op een aantal punten, het meest recent een volledige herevaluatie door de European Food Standards Authority (EFSA) in 2013. Het is ongeveer 200 keer zoeter dan sucrose. Ongeveer 2000 ton wordt jaarlijks verbruikt alleen al in Europa.
Er zijn grote hoeveelheden literatuur geproduceerd door individuen en websites die gedetailleerd ingaan op zorgen omtrent aspartaam. De zorgen omvatten onder meer kanker, multiple sclerose, blindheid, toevallen, geheugenverlies, depressie, angst, obesitas, geboorteafwijkingen.; Echter, dit wordt niet ondersteund door wetenschappelijke bevindingen.
De EFSA heeft vastgesteld dat aspartaam veilig is bij de dagelijks aanvaardbare inname. In Europa is dit vastgesteld op 40 mg/kg lichaamsgewicht per dag..
(mensen met PKU moeten voorzichtig zijn met aspartaam, omdat het een bron van fenylalanine is )
http://www.efsa.europa.eu/en/efsajournal/pub/3496.htm
Alternatieven voor aspartaam: